Het is een intellectuele stroming, gesticht door de Duitser Karl Krause en wiens doctrine was gebaseerd op het verdedigen van eenheid tegen tegenstellingen en het proberen de harmonie te bewaren van wat al bestaat, deze gedachte verdedigde ook het idee dat mensen niet afhankelijk van elk type organisatie of de staat om te overleven. Het krausisme kende een grote bloei in Spanje en bereikte daar een grote ontwikkeling dankzij de bijdragen van Julián Sanz del Río en Federico Castro.

In de jaren zestig begon een reeks Spaanse intellectuele personages te studeren over het werk van een stroming van de Duitse ideologie die was gebaseerd op de filosofische gedachten van Immanuel Kant . Deze ideologie stelde een soort nieuwe mens voor, zonder dogma's om hem te binden en met een pantheïstische geest. De belangrijkste vertegenwoordiger was Karl Christian Friedrich Krause, zijn geschreven werken werden door Julián Sanz del Río in het Spaans vertaald. Vanaf dat moment begon de gedachte van Krause de omgeving van de universiteiten van Madrid binnen te dringen en breidde zich snel uit wat het Krausisme werd genoemd. Later had Francisco Giner de los Ríos de leiding over Krause's postulaten en de organisatie waarin hij een leider was (Institución Libre de Enseñanza), en werd hij de belangrijkste vertegenwoordiger van de Krausista-beweging.
Deze beweging in Spanje betrof de innovatie van denken. Het humanisme en een tolerante houding op ideologisch gebied in verband met vrij denken inboezemen. Een van de meest opvallende kenmerken van deze beweging was secularisme, waarin ook behoefte was aan een nieuwe opleiding, daarom werd een opener onderwijssysteem voorgesteld (er werd meer belang gehecht aan experimenten, veldonderzoek en een opleiding die los stond van de religieuze geest van die tijd). Bereiken die man beweert, handelen met gebeurtenissen die een verbetering betekenen voor de samenleving in het algemeen.
Deze ideologie had een groot aantal volgers op educatief gebied, maar ze kreeg ook te maken met harde kritiek van de meest conservatieve samenlevingen, omdat ze ervan werd beschuldigd traditionele vormen van onderwijs te verafschuwen, tegen God in te gaan en van het meegeven van een socialistische ideologie. Na de burgeroorlog van 1936 trok de overgrote meerderheid van haar leden zich terug naar verschillende landen in Latijns-Amerika, voornamelijk om politieke redenen.